Bij konijnen zijn gebitsproblemen een veel voorkomend probleem.
U merkt dit bijvoorbeeld aan een chronisch nat oogje, een natte kin, het afvallen van uw konijn of een schoner hok (minder ontlasting) dan u normaal gewend bent.
Veel van deze problemen zijn te wijten aan een verkeerd samengesteld rantsoen.
Het is dan ook zeer belangrijk om een konijn een goed uitgebalanceerd dieet te geven.
Dit dieet bestaat uit:
- Onbeperkt hooi
- 20 gram konijnenvoer (biks) per kilogram lichaamsgewicht
- Groenvoer
- Knaagmogelijkheden als wilgen of fruitboomtakken
Knagen
De tanden en kiezen van een konijn blijven heel hun leven groeien. Hierom is het van belang dat er voldoende knaag mogelijkheden aangeboden worden om de tanden te kunnen afslijten.
Het ‘knagen’ op brokjes en hooi blijkt soms onvoldoende. Een goede manier om knagen op een verantwoorde manier te stimuleren is het aanbieden van takken van wilgen of fruitbomen. En groenvoer als bijvoorbeeld wortelen in zijn geheel te geven in plaats in stukjes.
Het juiste voer (calcium en vitamine D)
Ook de brokjes die konijn krijgen zijn erg belangrijk.
Konijnen hebben een ongewone calciumstofwisseling. Een te hoog calciumgehalte in de voeding zal leiden tot een stijging van het calciumgehalte in het bloed. Hierdoor ontstaat, in tegenstelling tot bij andere diersoorten, een verhoging van calcium in de urine waardoor blaaszand of blaasstenen kunnen ontstaan. Geef dus nooit knaagstenen aan een konijn want deze bevatten teveel calcium. Houd 20 gram biks per kilogram lichaamsgewicht voor uw konijn aan. Indien u meer geeft is de kans overgewicht sterk aanwezig en krijgt het konijn in veel gevallen teveel calcium binnen.
Wanneer een konijn voeding met te weinig calcium en vitamine D krijgt ontstaat er een tekort aan calcium in het bloed. We zien dit nog wel eens bij konijnen die gemengd voer krijgen. Ze eten vaak de lekkere dingen op en laten de bikskorrels liggen. Deze bikskorrels zijn juist belangrijk voor de calcium en vitamine D opname van het konijn en het krijgt dus te weinig hiervan.
Dit zal er toe leiden dat het konijn calcium uit zijn kaakbot gaat halen. Hierdoor ontstaat botontkalking. Het kaakbot wordt slapper en de kieswortels slijten niet op elkaar maar groeien het kaakbot in. Hierdoor gaan de kiezen scheef groeien en kunnen tegen bijvoorbeeld de traanbuis aandrukken waardoor er een waterig en soms pussig oog ontstaat. Doordat de kiezen niet meer op elkaar afslijten zullen er haken (zie foto) ontstaan die het kauwen erg vermoeilijken.